Op de werkvloer bij Fred Wiering

In de visindustrie is altijd wat te beleven. Van 's ochtends vroeg tot midden in de nacht zijn we met man en macht aan het werk om ervoor te zorgen dat iedereen thuis een lekker visje kan bereiden. Behalve de 'klassieke visserman' zijn er nog veel meer banen in de vissector. In de rubriek 'Op de werkvloer' geven wij een kijkje in de keuken van de vissermannen en -vrouwen van Nederland.

Fred Wiering is als jongen eens een week mee geweest op de kotter en wist het meteen zeker: een carrière in de vissector was voor hem weggelegd. Hij was meteen verkocht! In deze editie spreken we de ondertussen 54 jarige Fred over zijn avonturen door de jaren heen, zijn favoriete visje en wat het leven op de kotter zo aantrekkelijk maakt. 

Naam: Fred Wiering
Beroep: Opstapper op de TX1
Leeftijd: 54 jaar

Het vak is zo aantrekkelijk omdat iedere week weer een nieuw avontuur is. Ik heb ook altijd mijn fotocamera mee.

 

uit: Visculinair 21 - september 2018

1. Hoe ben je in de vis terechtgekomen en hoe lang doe je dit al?
Mijn broer was al een keer met de kotter mee geweest en ik had ook vrienden op school waarvan hun vaders in de visserij werkzaam waren. Door hen kwam ik al vroeg in aanmerking met de visserij. Toen ik eens een week meeging was ik ‘gegrepen’ door het vak. Wat een belevenis, ondanks de zeeziekte...
 
2. Heb je ooit een ander beroep beoefend of zie je jezelf in de toekomst nog op een andere manier je brood verdienen?
Na de middelbare school ben ik naar de visserijschool in Den Helder gegaan. Nadat ik mijn opleiding behaalde heb ik op verschillende kotters gevaren. Daarna heb ik een jaar of tien bij mijn schoonfamilie in de horeca gewerkt. Inmiddels vaar ik al weer jaren als opstapper in de visserij. Over de toekomst vraagt iedereen zich wel eens af wat er gaat komen. Op dit moment heb ik het prima naar mijn zin als opstapper en hoop ik dit nog jaren te doen. 
 
3. Hoe ziet je werkdag of liever gezegd werkweek eruit?
Het werk begint op zondagavond of maandagochtend wanneer we aan boord stappen. Vervolgens varen we naar het visbestek en zetten we de netten over boord. Op zee wordt er dag en nacht gevist in trekken van gemiddeld twee uur. Iedere keer na het ophalen van de netten wordt de vis verwerkt, gespoeld en in het visruim in kisten met ijs weggestapeld. In de tijd die overblijft wordt er gegeten en uitgerust. Ook lopen we op de kotter om beurten de wacht. Vrijdags wordt de vis gelost in de afslag en worden de netten en het schip klaargemaakt voor de volgende reis.
 
4. Wat maakt het werken op een viskotter aantrekkelijk volgens jou?
Het maakt het zo aantrekkelijk omdat iedere week weer een nieuw avontuur is. Ik heb ook altijd mijn fotocamera mee. Visserij is een puur vak met bemanning die weten waar ze mee bezig zijn. Zij zijn zich bewust van de perikelen die zich voordoen en denken in oplossingen.
 
5. Heb je ooit iets meegemaakt dat de geschiedenisboeken in zou moeten?
De hele visserij is een geschiedenisboek. Neem als voorbeeld de Zuiderzee, Vlaardingen met zijn haringloggen, Grimsby en Hull en de verdwenen Ijslandvisserij. Die gebieden kennen een rijke geschiedenis. Inmiddels kunnen de hedendaagse problemen ook de geschiedenisboeken in. De branche lijdt onder de komst van windmolenparken, discardsban, gebieden die gesloten zijn, de Brexit en Bloom met z’n manipulatie tegen de pulsvisserij. Terwijl wij in de sector een zee hebben met een gezonde visstand, wordt de Noordzee in de hoge warme kantoren verdeeld.
 
6. Eet je zelf regelmatig vis? Zo ja, waar mogen ze je (juist) voor wakker maken?
Regelmatig bak ik een vissie thuis. Vrijdags kom ik van boord en dan is het gezellig met de familie om vis te bakken. Voor vis kun je me altijd wakker maken.