Allemaal familie: Broers uit Tholen
Als er ergens veel familieleden in een en hetzelfde bedrijf werken, dan lijkt het wel in de vissector. In vissersfamilies is het jarenlang heel gebruikelijk geweest dat het beroep van visserman overging van vader op zoon en weer op zoon. Heden ten dage zie je de familiebanden niet alleen in de visserij noch alleen in deze mannelijke bloedlijn, maar ook broer en zus, moeder en zoon of vader en dochter tref je bij veel visbedrijven aan. Het lijkt erop dat vis ‘besmettelijk’ is in de goede zin des woords.
Binnen het zeevisserijbedrijf P.A. Baaij en Zn., zwaaien broers Johan (1981) en Albert Baaij (1971) de scepter als vijfde generatie op de TH-10 (Tholen).
"We hebben in samenwerking met Wereld Natuur Fonds onderzoeken gedaan naar aanpassing van netten met als doel bijvangsten in de garnalenvisserij te verminderen."
uit Visculinair: maart 2022
SCHIPPER OP HET WATER EN AAN DE WAL
Albert: Als vijfde generatie van de visserijfamilie Baaij was het bijna vanzelfsprekend dat ook mijn broer en ik gingen vissen. Na een opleiding motorvoertuigentechniek en aansluitend de visserijschool werd de Noordzee mijn werkplek. Ik ben in principe de schipper op zee, terwijl mijn broer de walschipper is. Wanneer ik zelf niet aan het vissen ben op zee, boet ik netten in onze loods op het haventerrein in Stellendam en verricht verdere onderhoudswerkzaamheden. Dat vind ik leuk werk en je bent meer in beweging dan aan boord en in een stoel zit op de brug. Mijn zoon Pieter is inmiddels ook als visser aan boord gekomen en maakt het voor mij mogelijk om vaker werk aan de wal uit te voeren. Daarmee lijkt opvolging door de zesde generatie binnen handbereik.
Johan: Na de opleiding metaaltechniek trok de zee en heb ik ruim tien jaar gevist op de TH-10. In mijn hart ben ik nog altijd op en top visserman, maar vanwege medische redenen ben ik een aantal jaren geleden ‘walschipper’ geworden. Daar richt ik me op de zakelijke en bestuurlijke kant van de visserij, die voorheen door onze vader werd verzorgd. Hij was mijn voorbeeld van wat het inhoudt om een visserijondernemer te zijn. Het werk dat als visserijondernemer aan land moet worden uitgevoerd, groeit enorm. Vroeger had je te maken met een beperkt aantal medegebruikers van de zee, en de overheid als wetgever, terwijl het aantal partijen waarmee je nu te maken hebt enorm is. Naast uitbreiding van het aantal medegebruikers, vereist de maatschappelijke betrokkenheid en actieve NGO’s meer en meer aandacht. Vis wordt tegenwoordig niet eenvoudigweg gevangen via een economische bedrijfsvoering, maar meer door ecologische bedrijfsvoering. Vanuit het begrip duurzaamheid besteed ik aandacht aan de bijdrage aan de circulaire economie, aan voedselveiligheid en ook bemanningszaken en arbeidsomstandigheden.
VERANDERINGEN
Albert: In de ruim 25 jaar aan boord is enorm veel veranderd. Wanneer je alleen al kijkt naar de communicatiemiddelen aan boord, is het verbazingwekkend dat je voorheen gedurende een hele visweek enkel contact had met de wal via satelliettelefoon en alleen bij het bereiken van de kust nog even een berichtje kon sturen. Inmiddels kunnen we op elk gewenst moment telefoneren of whatsappen met het thuisfront. De apparatuur aan boord is enorm uitgebreid, waarbij je ook moet denken aan het elektronisch logboek, waarmee we elk etmaal onze vangsten op gespecifieerde lijsten doorgeven aan de autoriteiten (NVWA).
Naast mijn onderhoudswerk aan boord en in de loods ben ik overigens steeds meer bezig met de stapels papierwerk op het bureau, die ik moet verwerken.
Johan: Vanuit mijn praktijkervaring en werk aan de wal, voor meerdere visserijbedrijven, ben ik steeds vaker te vinden achter de pc of in een vergaderkamer. Als vertegenwoordiger van de visserijsector ben ik actief als bestuurder van de Nederlandse Vissersbond, de belangenvereniging voor de kottervisserij. Bij de vissersvereniging Zuidwest vervul ik de rol van vicevoorzitter. Op het terrein van verduurzaming werk ik ook als manager van het Visserij-Innovatiecentrum. In dit centrum kunnen nieuwe vistechnieken of vistuigen worden getest. Ook is het een kenniscentrum waar uitleg wordt gegeven aan NGO’s, beleidsmakers, studenten en consumenten over innovatie in de visserij. Mensen ontmoeten elkaar, wisselen ideeën uit en delen kennis, waardoor dit centrum een belangrijke verbindingsfunctie heeft.
We hebben bijvoorbeeld in samenwerking met Wereld Natuur Fonds onderzoeken gedaan naar aanpassing van netten met als doel bijvangsten in de garnalenvisserij te verminderen. Met Wageningen Marine Research is met onderwateropnames kennis opgedaan over het gedrag van vis in het net, waarmee ideeën zijn ontstaan voor het ontwikkelen van een selectiever visnet voor de vangst van tong.
TOEKOMSTBEELD
Albert: Ik hoop op een stabiel Europees en nationaal visserijbeleid, want op het moment zijn er meer onzekere dan zekere factoren.
Desondanks blijf ik positief en hoop ik dat mijn zoon Pieter als volgende generatie het stokje straks volledig kan overnemen. Ik kan dan volledig aan de wal blijven,… al blijft het vrije leven op zee altijd trekken.
Johan: Mijn werk in alle verschillende gremia wordt meer en uitgebreid. Wanneer je in de vissector eenmaal bekend bent, weet men je ook steeds vaker te vinden. Zo ben ik voor een ander bedrijf verantwoordelijk voor het operationele proces van de vangst en verwerking van Hollandse garnalen. Kortom, als ik zou willen, kan ik nog jaren vooruit met uitdagingen binnen de sector. Dit zou ook kunnen betekenen dat ik mijn aandeel in het eigen bedrijf kan overdragen aan mijn neef.